Zelf Vijgen Kweken

Vijgen worden sinds mensenheugenis gekweekt voor hun heerlijke zoete vruchten. Hun populariteit is nog steeds even groot als altijd en met modern transport is het verse fruit een vertrouwd product geworden naast het traditionele gedroogde product. Alhoewel er niets beter is dan een rijpe vijg direct van de boom te plukken, zijn velen al tevreden met een glimp uit het paradijs uit de winkel. Maar wat je zelf kweekt is met niets te vergelijken.

Vijgen zijn voor het eerst gekweekt ​​in het gebied rond het oostelijke Middellandse Zeegebied en Zuidwest-Azië, maar zijn nu op veel plaatsen in de wereld een belangrijk gewas. Turkije staat bekend om zijn gedroogde vijgen, maar Californië en Brazilië zijn ook grote commerciële producenten van verse vijgen en vijgenproducten.

Waarschijnlijk hebben de Romeinen vijgen in noordelijkere streken geïntroduceerd. Het eerste duidelijke bewijs dat ze in Groot-Brittanië werden geplant, was door kardinaal Pole in Lambeth Palace rond 1552. Tegen de negentiende eeuw waren ze erg populair fruit voor de teelt in Victoriaanse kassen. Ook de oranjerieën leenden zich buitengewoon voor de teelt en zo werden vijgen al spoedig een gegeerde teelt voor de rijke burgerij, alhoewel het aankwam op het kiezen van de juiste variant die geen bestuiving nodig heeft van de vijgenwesp.

De plant vormt een grote bladverliezende struik of kleine boom en heeft prachtige groot gelobde bladeren die een exotisch tintje geven aan de tuin. Ze bloeien goed als ze worden gekweekt in een onverwarmde kas of tegen een warme, op het zuiden gerichte muur. Vruchtvorming wordt aangemoedigd door het plantgat te omringen met tegels om worteluitbreiding te beperken. Ze kweken in grote potten werkt ook goed.

Hoewel er veel verschillende benoemde selecties van vijgen bekend zijn, worden sommige van deze in België en Nederland betrouwbaarder en rijkelijker geoogst dan andere. Goede vruchtselecties zijn oa Brown Turkey, Brune d’Enghien, Ronde de Bordeaux, Del Portugalo, Celeste, Pingo de Mel, Brunswick en Hardy Chicago. Heb je plaats voor meer dan één vijgenboom, dan is het interessant om verschillende soorten te planten. Dat breidt de periode uit waarin je kunt oogsten en de smaak is toch altijd een beetje verschillend.

In feite hoef je niet bang te zijn bij de aanplant van een vijgenboom, of je kennis van planten wel goed genoeg is, of je wel voldoende groene vingers hebt… Vijgen zijn een bijzonder gemakkelijke vrucht om te kweken en worden soms de luie mansvrucht genoemd, om maar te zeggen dat je geen expert moet zijn om toch te genieten van een rijke oogst. Behalve dat ze enigszins lijden onder de koudste winters, hebben ze zelden last van plagen en ziekten en verdragen ze verwaarlozing beter dan de meeste fruitbomen. In 1986 plantten we onze eerste vijgenboom. Sindsdien hebben we er honderden gekweekt en bijgeplant, hebben we de verschillende rassen beter leren kennen, hun zwakke en sterke kanten, hun manier van groeien en vruchtzetting… Ik heb het voorbije jaar diverse experimenten gedaan met de standplaats, de manier van vermeerderen, groei, vruchtzetting, snoei… en heb dit allemaal verzameld in ons boekje “Vijgen uit eigen tuin”.

Als de vrucht perfect rijp is, begint de schil van de vrucht te barsten en zakt de vrucht naar beneden, wat aangeeft dat hij onmiddellijk geplukt moet worden, want je moet weten dat vogels en wespen de zoete vrucht net zo aantrekkelijk vinden als wij.

We zijn nu eind augustus, en als je nog ergens een zonnig plekje hebt en volgend jaar al wat vijgen wil proeven, en dan de volgende jaren heel veel, dan is het nu nog mogelijk om een goede soort te planten.

Heb je een vijgenboom en gaf hij nooit vruchten? Je ziet de vruchten wel, maar ze worden nooit rijp? Dan heb je pech, want je hebt een boom die alleen in zuiderse landen tot rijping zal komen. En als je toch vruchten wil, zit er niets anders op dan een andere boom te planten.

Vijgenplanten met een grootte van 10 tot 150 cm beschikbaar in pot – sommige hebben zelfs al vruchten gedragen in de pot …

Planten voor uw Voedselbos : aanbiedingen

Als niets hielp

Eigenlijk is het met tegenzin dat ik bovenstaande titel “Als niets hielp” plaats boven deze brief, want het doet vermoeden dat je al veel paden doorploegd hebt en zo stilletjes aan aan het einde van je Latijn bent gekomen, als het gaat over je gezondheid. Ik ken dat verhaal. Ik heb het honderden keren gehoord en me de vraag gesteld of er echt niets kon gedaan worden (om het om te keren of te voorkomen). Het deed me pijn om die mensen die me zo aan het hart liggen, doorheen zoveel pijn en lijden gingen. 

Omdat het zo’n algemeen fenomeen is, kan het zijn dat veel mensen denken dat het het normale verloop van het leven is. Dat je een aantal goeie jaren hebt, en dat je veel geluk moet hebben om een lang en gezond leven te hebben. 

Ik hoop dat het niet zo is, dat dit “Als niets hielp” niet van toepassing is… Maar dat je de comfortabele ruimte hebt van een redelijke gezondheid. Ook dan is het boek dat ik je graag zou aanbieden voor jou nuttig. Het is niet zomaar voor mensen die door ziekte, en na van het kastje naar de muur gestuurd te zijn, dit als een laatste hoop vastgrijpen. 

Alles wat in dat boek staat is puur natuur, wat iedereen zou moeten weten, en niet alleen voor wie ziek is, maar ook voor mensen die gezond willen blijven. “De natuur heeft voor genezing geen andere instrumenten, dan we hebben om gezonden gezond te houden.” Dus niets fenomenaals, geen openbarende technieken, methodes of ontdekkingen. 

Je hebt “Een Nieuwe Start” gelezen. Daarin staan de acht domeinen waarmee we werken. Dat is de basis. Lees en herlees het. Laat je door niemand van de wijs brengen. Dit is niet hoe mensen vandaag leven; het staat er ver boven. En zijn de beschrijvingen in “Een Nieuwe Start” summier, dan vind je zeker in onze andere literatuur meer informatie. 

Voor de samenstelling van het boek “Terug Naar Natuurlijke Gezondheid” heb ik gebruik gemaakt van verschillende boeken en brochures uit de Natur-El-bibliotheek, de literatuur van Dr. H.M. Shelton, Victoria BidWell, T.C. Fry, Dr. Vivian Vetrano en veel andere.
Een paar jaar geleden las ik het boek van Dr. Schulze “Er bestaan geen ongeneeslijke ziekten”. Ik had moeite met die titel en daarom heeft het een paar jaar geduurd voor ik ging kijken wat hij te vertellen had. Ik had al veel gelezen van dat hokus-pokus-genezen, en na dat boek blijf ik erbij, dat er mensen zijn, die wanneer ze dat allemaal met uiterste zorg en precisie zullen toegepast hebben, niet genezen zijn. Een mens is geen machine en de modaliteiten zijn zo verscheiden. Spreken over een ziekte in het eerste stadium van ziekte, of over ziekte in het vergevorderde allerlaatste zevende stadium? Dat maakt een groot verschil. Spreken we over mensen die standvastig bleven geloven in al de therapieën die ze doorliepen – ook al maakten deze hen altijd zieker en ellendiger, waardoor ze steeds meer verdoving en verzachting nodig hadden? 

Wat hebben mensen allemaal al gedaan? Hoe hebben ze niet wanhopig geprobeerd om zichzelf gezond te vergiftigen? Jaren medicijnen laten hun sporen na. Wat werd er gebruikt, hoeveel, hoe lang, en wat nog meer? Kan men zelfs zomaar het gebruik ervan stopzetten? 

Het kan zijn zoals dat verhaal dat ik las op een T-shirt:

“Ik neem Aspirines tegen de hoofdpijn veroorzaakt door de Zyrtec die ik neem voor de hooikoorts die ik kreeg van Relenza die ik neem voor de ongemakkelijke maag die een gevolg is van de Relatine die ik neem ik voor de korte aandachtstijd  veroorzaakt door de Scopoderm TTS, die ik neem ik voor de reisziekte, die ik kreeg van de Lomotil die ik neem voor de diarree  veroorzaakt door de Zerikal voor de ongecontroleerde gewichtstoename van de Paxil die ik neem tegen de angst veroorzaakt door de Zopor die ik neem voor mijn hoge cholesterol, omdat bewegen, een goede voeding, en wat chiropractische correcties een heel gedoe is, met teveel problemen…”  En nu zal het gaan !

Een chiropractor becommentarieerde deze opeenvolging van A omdat B omdat C… en zegt: “Ik heb deze medicijnen opgezocht, hun gebruik en hun bijwerkingen … het is geen perfecte ketting, maar het is een geldig punt. We leven in een wereld waar voor bijna alles een pil bestaat.  Wij zorgen slecht voor ons eigen lichaam en zoeken een snelle en gemakkelijke oplossing wanneer er iets misgaat. En ben je die komedie beu, en wil je weg van al die dwaalwegen, dan kan ik je “Terug Naar Natuurlijke Gezondheid” aanbevelen. “

We bieden deze bundel met 3 digitale boeken aan voor de prijs van 25 euro ipv 33. Stuur ons een email en betaal op de NaturEl-rekening (met vermelding COMBO) en je ontvangt spoedig alle informatie om direct aan de slag te gaan – en uit te zoeken of er toch nog iets is dat helpt – als al het andere faalde.

Waarom juist deze drie boeken? Terwijl Terug naar Natuurlijke Gezondheid het allemaal samenvat, gaat Natuurlijke Remedies diep in op de oorzaken van ziekten. Het doorpluist alle mogelijke domeinen die moeten worden overwogen en uitgesloten als daar een risico zit. Toen ik de laatste maanden bezig was met de publicatie over vetten dacht ik “dat zou iedereen moeten weten”, want het is een fout die ook in de rauwkostvoeding wordt gemaakt, en waar voor werd gewaarschuwd door Dr. Gerson en na hem tientallen andere artsen.

Planten voor uw Voedselbos. Kijk naar onze aanbiedingen.

Vet en Koolhydraten

Een dubbele slag ─ Vet en koolhydraten

In de natuurlijke wereld komen hoge niveaus van koolhydraten en vetten vrijwel nooit samen voor in hetzelfde voedsel. Deze combinatie is echter heel populair in de voeding van mensen: koekjes, cakes, zoet brood, ijs, pizza, gebakken aardappelen met zure room of boter, chips, frites, enz. De combinatie van geconcentreerde koolhydraten en geconcentreerde vetten resulteert in spijsverteringsstoornissen en insulineresistentie.

Dit is waarom aandacht voor “voedselcombinaties” werkt. Als het goed wordt gedaan, helpt het juist combineren van voedsel het individu om te voorkomen dat grote hoeveelheden koolhydraatrijk voedsel worden gemengd met grote hoeveelheden vetrijk voedsel. Dit is de reden waarom vrijwel alle succesvolle diëten ofwel ‘koolhydraat-arm’ of ‘vet-arm’ zijn. Evenzo was het een veilige gok om de typische persoon met type II diabetes dat advies van voeding te geven, om chronisch overmatig voedsel te consumeren met onnatuurlijk hoge niveaus van koolhydraten en vetten te vermijden.

De Glycemische Index

De glycemische index is een maatstaf voor hoe gemakkelijk een bepaald voedingsmiddel glucose in het bloed stuurt. Er zijn twee manieren om de glycemische index te meten. Eén systeem gebruikt witte bloem als referentie om andere voedingsmiddelen te evalueren. Een ander systeem gebruikt pure glucose als referentie. In het laatste systeem varieert de index van 0 tot 100. Pure glucose heeft de maximale waarde van 100. Met dit systeem wordt de glycemische index van een bepaald voedingsmiddel geëvalueerd.

Veel voedingsautoriteiten zijn voorzichtig met het plaatsen van te veel gewicht op de glycemische index om een ​​voedingsmiddel te beoordelen, omdat andere factoren, zoals de aanwezigheid van oplosbare vezels, vitamines, mineralen en fytonutriënten, belangrijker kunnen zijn dan de glycemische index van een bepaald voedingsmiddel. Over het algemeen is het echter goed voor personen met bloedsuikerproblemen om de voorkeur te geven aan de lagere glycemische voedingsmiddelen. De hogere glycemische voedingsmiddelen zijn vooral gekookt zetmeelrijk voedsel en producten gemaakt met geraffineerde suiker. Dit zijn dezelfde voedingsmiddelen die vaak worden gecombineerd met vetten, wat resulteert in chaos in de bloedsuikerspiegel.

Fruit en Bloedsuiker

Sommige auteurs adviseren mensen met problemen met de bloedsuikerspiegel voorzichtig of gematigd te zijn met de consumptie van fruit. Als algemeen principe is dit een goed idee; we moeten echter naar het grotere geheel kijken:

  • De meeste soorten fruit zijn gemiddeld of laag glycemisch.
  • De gebruikelijke alternatieven voor fruit (als een manier om calorieën binnen te krijgen) zijn gekookte zetmeelrijke groenten en granen, die meestal een hogere glycemische index hebben dan veel rauw fruit.
  • De andere alternatieven voor fruit, als bron van calorieën, zijn vet voedsel, dat in grote hoeveelheden insulineresistentie kan veroorzaken.
  • Vers fruit biedt andere voordelen die vaak zwaarder doorwegen dan de glycemische index, zoals het hoge gehalte aan oplosbare vezels, die helpen de bloedsuikerspiegel te stabiliseren (zie onder). Bovendien kunnen sommige van de andere voedingsstoffen in fruit vergelijkbare voordelen hebben. Granaatappelsap heeft bijvoorbeeld een glycemische index van 67, wat aan de hoge kant van de gemiddelde glycemische index ligt, maar het bevat ook fytonutriënten die helpen bij het reguleren van de bloedglucose.

Oplosbare vezels en bloedsuiker

Plantaardige vezels vertragen in het algemeen de opname van enkelvoudige suikers naar het bloed. De meeste vezels in fruit worden pectine genoemd, een vorm van oplosbare vezels die de neiging heeft zacht en absorberend te zijn. Oplosbare vezels zijn vooral effectief bij het stabiliseren van de bloedsuikerspiegel. Hoewel fruitpectine de gemakkelijkst beschikbare en overvloedige bron van oplosbare vezels is, wordt het ook aangetroffen in sommige groenten, granen, peulvruchten en zaden. Lijnzaad is zeer rijk aan oplosbare vezels en het is aangetoond dat het de bloedsuikerspiegel verlaagt.

Manieren om een ​​stabiele bloedsuikerspiegel te bevorderen :

  • Houd de waterhuishouding in balans. Rauw fruit en groenten hebben een onvervangbare positieve invloed op de waterbalans. Het eten ervan vermijdt ook de inname van additieven die onvermijdelijk is bij het eten van iedere andere voeding.
  • Beweeg regelmatig. Regelmatige lichaamsbeweging is net zo belangrijk als goede voeding om de gevoeligheid van het lichaam te ondersteunen bij het handhaven van normale insuline.
  • Eet een overvloed aan niet-zetmeelrijke groenten en 2-4 porties lager glycemisch fruit per dag, zoals bessen, kiwi’s en appels. Zowel fruit als groenten bieden een schat aan vitamines, mineralen, fytonutriënten en oplosbare vezels, die essentieel zijn voor het handhaven van een goede bloedsuikerspiegel.
  • Beperk elke vorm van vetrijke voeding en zeker de toevoeging van vrije vetten en limiteer zeer geconcentreerde koolhydraten. Vermijd elke toevoeging van geïsoleerde suiker en alles waar het aan toegevoegd is.
  • Dit omvat oliën, margarines, boter, vlees, eieren, kaas, gedroogd fruit en vruchtensap. Transvetten, geraffineerde suikers en witte bloemproducten moeten vermeden worden.
  • Voedingsmiddelen en supplementen die effectief zijn gebruikt bij diabetes mellitus, zijn onder meer:
  • Alfa-liponzuur: stimuleert de opname van glucose door lichaamscellen.
  • N-acetylcysteïne: stimuleert de opname van glucose door lichaamscellen.
  • CoQ10: verlaagt de bloedsuikerspiegel en bevordert een goed gebruik van glucose en zuurstof.
  • Omega-3-oliën: bevordert de insulinegevoeligheid.
  • Chroom: bevordert de insulinegevoeligheid.
  • Zink: Bevordert de productie en het gebruik van insuline.
  • Kaneel: Bevordert de insulinegevoeligheid en werkt synergetisch samen met insuline om de bloedglucose te verlagen.
  • Bittere Meloen: Vermindert insulineresistentie. Bevat een insuline-achtige stof. Bevordert de insulinesecretie.
  • Andere voedingsmiddelen: Komijn, komkommer, bosbessen, appels, spruitjes, broccoli, tomaten, bonen, watermeloen, honingdauw, asperges, spinazie, havermout, elk voedsel rijk aan oplosbare vezels.

Let erop: vooraleer de mens ziek wordt, gaan er enorme opstapelingen van toxinen vooraf. Men wordt niet zomaar ziek. Een mens eet zijn ziekten: een mens eet zijn diabetes, zijn artrose, zijn osteoporose, zijn dementie, zijn kanker!!!

Door slechte voeding krijgt men toenemende verdraagzaamheid (tolerantie) = gaat men meer en meer opstapelen en vermindert de Levens-Kracht (de vitaliteit). Mensen eten zoveel dode ‘voedings’-middelen: levenloze stoffen die wel vullen maar niet voeden, die wel belasten, vervuilen, maar niet zuiveren en opbouwen. Het lichaam van een mens is niets anders dan de optelling, de som, de jarenlange opstapeling van Vervuilde, vergiftigende stoffen tegenover levend voedsel: fruit, groenten, noten, zaden, kiemen, pollen.

“Vetten in de Voeding” is het laatste onderdeel dat ik heb gedigitaliseerd, bewerkt en uitgebreid. De basis hiervoor bestaat al ruim 20 jaar, en het is jammer dat juist dit deel van de cursus zo weinig werd bestudeerd, en dat er in de rauw food wereld zoveel overtredingen op gemaakt worden… Deze digitale brochure kost 9 euro, of kijk uit naar de speciale aanbieding volgende week, waar we een bundel van onmisbare info voorstellen.

Planten voor je Voedselbos ?

Reactie :

Bedankt voor het artikel via Natur-El.  Heel interessant. Moesten de mensen juist combineren, suikers beperken, goede vetten tot zich nemen, vlees tot één derde herleiden(als men toch gehecht is aan vlees, we kunnen het soms niet geheel weglaten) dan zouden er al heel wat minder ziektes en klachten zijn en zouden de mensen zich veel beter in hun vel voelen. Maar ik was depressief de laatste week, nu beter na een goed gesprek.  De reden: de droogte en hittegolf.  Raar, maar ik voel mee met de plantjes en de dieren die enorm te lijden hebben onder de droogte.  De broodnodige natte zomers van vroeger zijn er niet meer…  Jij zult deze zomers ook wel gekend hebben.  Want ik ben ervan overtuigd dat niet alleen door de stijging van de broeikasgassen maar ook door de massale houtkap van de regenwouden, de eco- en weersystemen danig verstoord zijn.  De straalstroom die de weersystemen regelt koelt te weinig af en neemt te weinig vochtige lucht mee van boven de regenwouden. Gevolg, lange periodes van droogtes.  We hebben nu vier op de laatste vijf jaar periodes van grote droogtes gekend.  Uitzondering dus was het natte jaar 2021, vorig jaar dus. Ik vind het erg dat door de hebzucht van mensen(grote kapitaalkrachtige ondernemingen) men de aarde op grote schaal aan het ruïneren is.  Nog niet te spreken van de vele conflicten en oorlogen die het voor vele mensen het leven uiterst moeilijk maakt. Ik weet wel, en jij ook, dat God van plan is de aarde in rechtvaardigheid te oordelen(Handelingen 17:31) en dat Hij hen zal verderven die de aarde verderven(Openbaring 11:18) en dat uiteindelijk rechtvaardige mensen op aarde zullen overblijven(Psalm 37:8-11) Maar we moeten dus geduld hebben en er het beste van maken.  We weten dat Gods voornemen met de mensen en de aarde zal vervuld worden(Gen 1:28) Mensen zullen de aarde vullen en de dieren in onderworpenheid hebben.  Maw goed voor de aarde en al wat erop leeft te zorgen.  Niet om de aarde kapot te maken. God zal beslist tot uitvoering brengen wat hij zich heeft voorgenomen.(Jes 55:11). Beste groeten. Wim

Beste Wim, Ik las gisteren Habakuk. Nadat de profeet het uitschreeuwt waarom God niet ingrijpt, laat God weten dat het alleen maar erger zal worden.Ik voel op dezelfde manier mee met de lijdende natuur. Die bosbranden, die verminkingen, die opzettelijke schade die toegebracht wordt, of de onverantwoorde manier waarop de natuurlijke hulpbronnen worden verkwist, zijn wraakroepend. Die profetie is van toepassing op deze tijd, die het ZELF zal oplossen en die God niet nodig heeft. Het is de technologie, de wetenschap, de wijsheid… die het zal doen. Maar wat als het wijze van de mens dwaasheid is in Gods ogen? Als God ophoudt met de duivel tegen te houden, kunnen we daar niets goeds van verwachten. Tekenen zien we in de natuur, maar ook in het gedrag en de acties van mensen. Tijdens dit leven krijgen we de kans om aan te geven Wie onze meester mag zijn. En ik bepleit de conclusie die Habakuk maakt aan het einde van hoofdstuk 3. Daar vind ik veel kracht in !

De overwerkte pancreas

De alvleesklier wordt overbelast wanneer de hoeveelheid ingenomen glucose die in de bloedbaan terechtkomt, groter is dan het vermogen van het lichaam om de glucose met zwier in de lichaamscellen te brengen.

Logischerwijs kan een ophoping van glucose in het bloed om een ​​van de volgende twee redenen optreden:

  • De hoeveelheid glucose die de bloedstoom vanuit de darmen binnenkomt, is gewoon te groot.
  • Het vermogen van de cellen om de glucose te absorberen is aangetast.

Historisch gezien was de meeste medische aandacht gericht op het beperken van de inname van koolhydraten. Met andere woorden, de patiënt werd geleid om de stroom van glucose uit de darm en in het bloed te beperken. Dit leek een logische strategie, maar hield geen rekening met het vermogen van de cellen om glucose uit het bloed op te nemen. Dit is de reden waarom de voedingsrichtlijnen uit het verleden niet de verwachte resultaten opleverden.

Als we naar het geheel kijken, of het niveau van ingenomen glucose buitensporig is, of het vermogen van de cellen om het te absorberen, wordt begrepen, het effect is hetzelfde.

Hoe dan ook, de glucosespiegels in het bloed worden te hoog.

Hoe dan ook, de alvleesklier moet extra insuline aanmaken.

Om de zaken nog ingewikkelder te maken, als het insulineniveau te hoog wordt, kan het “de limiet overschrijden”. Met andere woorden, insuline haalt te veel glucose uit het bloed, waardoor de bloedsuikerspiegel te laag wordt.

Dit is wanneer het individu de drang kan voelen om meer geconcentreerde suikerhoudende voeding te eten dat in de eerste plaats de extra insulineafgifte veroorzaakte. Als dit gewoonlijk wordt gedaan, ontwikkelt het individu hypoglykemie, een toestand van chronisch lage bloedsuikerspiegel. De symptomen zijn vermoeidheid, prikkelbaarheid, depressie, humeurigheid en verlangen naar snoep. Uiteindelijk kan de hypoglykemie zich ontwikkelen tot diabetes mellitus.

Diabetes Mellitus

Diabetes mellitus is een aandoening die wordt gekenmerkt door chronisch hoge glucosespiegels in het bloed. Omdat de glucose in het bloed vastloopt, worden de cellen niet goed gevoed, wat leidt tot wijdverbreide gezondheidsproblemen, zoals blindheid, langzame wondgenezing en zweren, vooral aan de voeten. Bovendien reageert het lichaam op het gebrek aan glucosebeschikbaarheid door meer vet in het bloed te brengen, wat de kans op atherosclerose vergroot. Bovendien zorgt een teveel aan bloedglucose ervoor dat het via de urine wordt uitgescheiden. De aanwezigheid van glucose in de urine zorgt ervoor dat water volgt, wat resulteert in verhoogde urineproductie.

Het is niet verrassend dat een persoon met diabetes grote hoeveelheden urine produceert en vaak dorst heeft.

Om te begrijpen hoe diabetes mellitus moet worden behandeld, moeten we eerst de twee belangrijkste vormen begrijpen: type I en type II:

Type I diabetes is een aandoening waarbij de alvleesklier niet voldoende insuline aanmaakt. Deze aandoening werd vroeger ‘juveniele diabetes’ genoemd, omdat deze meestal bij kinderen voorkwam. Jarenlang werd aangenomen dat deze aandoening volledig genetisch was. De genetische aanleg lijkt echter een trigger te vereisen – voedsel. Blijkbaar kunnen bepaalde voedingsmiddelen een auto-immuunreactie veroorzaken waarbij de insulineproducerende cellen in de pancreas worden vernietigd. Dit gebeurt meestal als reactie op chronische inname van allergenen, met name zuivel. Zie ook de literatuur van de PCRM en het boek “The Cheese Trap” van Dr Neal Barnard.

Type II-diabetes werd vroeger “diabetes bij volwassenen” genoemd, omdat het alleen bij volwassenen voorkwam. Niet zo, meer. Deze aandoening wordt gekenmerkt door insulineresistentie, waarbij de lichaamscellen “verdoofd” worden door de aanwezigheid van insuline. In het verleden moest het individu ver in de volwassenheid zijn, voordat het lichaam aan deze aandoening bezweek. De toegenomen aanwezigheid bij kinderen viel samen met een sterke toename van obesitas bij kinderen – wat geen verrassing is als we kijken naar de toegenomen consumptie van fastfood en de afname van lichamelijke activiteit bij kinderen. Aangezien type II diabetes goed is voor 90% van de diabetici, laten we insulineresistentie eens nader bekijken.

Insuline Resistentie

Insulineresistentie dwingt de alvleesklier om meer insuline af te scheiden. Uiteindelijk raakt de alvleesklier uitgeput, daalt de insulinespiegel en stijgt de bloedsuikerspiegel snel tot diabetische niveaus. Dit zijn de belangrijkste voedings- en levensstijlfactoren die de insulinegevoeligheid van de cellen verminderen.

Gebrek aan lichaamsbeweging.

Hoe meer mensen bewegen, hoe groter de insulinegevoeligheid en vice versa.

Deshydratatie / uitdroging.

Door uitdroging worden onze lichaamscellen beter bestand tegen insuline, wat uiteindelijk leidt tot een verhoging van de bloedsuikerspiegel. Wanneer de bloedglucose hoog genoeg is, ontsnapt deze via de urine. De aanwezigheid van glucose in de urine leidt tot meer vochtverlies uit het lichaam, wat bijdraagt ​​tot meer uitdroging, waardoor de insulineresistentie toeneemt, enzovoort. Met andere woorden, insulineresistentie en uitdroging kunnen een vicieuze cirkel vormen, waarin elk bijdraagt ​​aan de voortgang van het andere. Een eenvoudige manier voor het individu om die cyclus te doorbreken en de juiste bloedsuikerspiegels te bevorderen, is door regelmatig intense lichaamsactiviteit en ervoor te zorgen dat het lichaam goed gehydrateerd is. Dit laatste betekent niet zomaar “meer drinken”, maar de natuurlijke weg volgen van een normale hydratatie en dat is door voeding met de juiste natrium-kalium-balans, m.n. fruit en groenten en de strikte beperking van zouten.

Stimulerende middelen.

Mensen die chronisch moe zijn, compenseren dit vaak door stimulerende middelen te nemen, die ervoor zorgen dat de bijnieren hogere niveaus van stresshormonen afscheiden, met name cortisol, geproduceerd door de bijnieren. Chronisch hoge cortisolspiegels leiden tot insulineresistentie. Cafeïne is het belangrijkste voedingsstimulans dat wordt gebruikt om de toch al overwerkte bijnieren op te wekken.

Een ander stimulerend middel dat vaak in grote hoeveelheden wordt geconsumeerd, meestal zonder dat de persoon het weet, is MSG (mononatriumglutamaat), dat veel wordt gebruikt in bewerkte voedingsmiddelen en restaurantvoeding, vooral fastfood. Naast de ingenomen stimulerende middelen, kan al het andere dat de bijnieren overstimuleert, inclusief emotionele stress en gebrek aan slaap, bijdragen aan insulineresistentie en problemen met de bloedsuikerspiegel. Evenzo zal alles dat stressvermindering bevordert, zoals massagetherapie, meditatie en relaxatiemomenten, de insulinegevoeligheid verbeteren.

Overtollige geraffineerde koolhydraten.

Naast het uitputten van de alvleesklier, zoals hierboven beschreven, leidt de chronische overconsumptie van verminkte koolhydraten tot insulineresistentie. De bronnen van een dergelijk chronisch koolhydraatoverschot zijn geraffineerde graanproducten, meestal tarwe, en geraffineerde suiker.

Dierlijke eiwitten.

Studies suggereren dat hoge niveaus van dierlijk eiwit bijdragen aan insulineresistentie. Het zogenaamde hoogwaardige of complete eiwit dat in dierlijke producten wordt aangetroffen, wordt genoemd als een positief kenmerk van dierlijke producten, maar in grote hoeveelheden verhoogt dergelijk eiwit de niveaus van IGF aanzienlijk. (insuline-achtige groeifactor-1), die in verband wordt gebracht met een verhoogd risico op kanker, hart- en vaatziekten, diabetes type II, snelle veroudering en een kortere levensduur.

Teveel vrije vetten.

Hoge niveaus van (geïsoleerd) vet in het lichaam blijken bij te dragen aan insulineresistentie. Volgens Dr. Neal Barnard is overtollig vet zelfs het fundamentele probleem bij diabetes type II. Hij stelt bijvoorbeeld dat extra lichaamsvet de alvleesklier harder doet werken. Daarnaast kunnen ook andere lichaamscellen, zoals spiercellen, vetniveaus accumuleren die de insulineresistentie aanzienlijk verhogen. Bovendien interfereren hoge vetgehaltes in het bloed met de opname van glucose door de lichaamscellen.

In een onderzoek dat reeds in 1927 werd gevoerd, kregen studenten een overvloed aan vet voedsel. Binnen twee dagen was hun bloedsuikerspiegel verhoogd tot diabetesniveau. Sindsdien hebben vervolgonderzoeken vergelijkbare resultaten opgeleverd. Volgens één onderzoek verhoogt bijvoorbeeld een hamburger met 100 gram rundvlees of drie plakjes cheddarkaas het insulinegehalte van meer dan twee kopjes gekookte pasta. Daarentegen lijken vetarme (koolhydraatrijke) diëten, op de juiste manier uitgevoerd, effectief bij het beheersen (of omkeren) van diabetes, althans bij sommige personen.

Vooral verzadigde vetten, omega-6-vetten (de meeste plantaardige oliën) en transvetten zijn problematisch. Studies tonen aan dat hoge niveaus van verzadigde vetten in celmembranen verband houden met een toename van de insulineresistentie. Anderzijds is aangetoond dat omega-3-vetten (in de juiste hoeveelheden) de insulinegevoeligheid bevorderen en de bloedsuikerspiegels in suikerziekte helpen beheersen.

Suiker in de urine hebben, betekent nog niet dat men aan suikerziekte lijdt. Er zijn honderden factoren bekend, die tot een zekere verhoogde (tijdelijke) suikeruitscheiding kunnen leiden. Noch de frequentie, noch de hoeveelheid kunnen daaromtrent zekerheid geven. Sterke emotionele prikkels, een ongeval op de weg, opwinding, zware zenuwbelasting, sommige stress-factoren e.v.a. kunnen voor een zekere hoeveelheid suiker in de urine zorgen. In dergelijke momenten is dit normaal en het betekent niet in het minst, dat men een gevoeligheid in zich draagt. De vrees voor suikerziekte is ongegrond.

Het heeft geen zin om voort te gaan op de resultaten van urine-analyse uit een periode waarin men een of andere hevige belasting, beangstiging of onrust in zich draagt. De aanbevelingen die we eerder hebben gegeven, kan men steeds opvolgen. Het gaat verder om een normaal, gezond, door iedereen te volgen voedingspatroon, dat door zowel suikerziekte-patiënt als ter voorkoming ervan kan gebruikt worden.

wordt vervolgd